Hobbema leerde landschappen schilderen bij Jacob van Ruisdael. Hun werken lijken in veel opzichten op elkaar, behalve dat die van Hobbema vriendelijker ogen, lichter. Jonge boomtoppen strekken zich hoog uit in de lucht, de bladeren glanzen in de zon. Een watermolen die Hobbema in het oosten van het land
getekend had, leverde hem het onderwerp voor zijn schilderij.