Sint-Nicolaas werd in Tolentino, een plaats in Midden-Italië, geprezen om zijn liefdadigheid. Uitgedost als een Augustijner monnik, verricht hij op dit kleine paneel een van zijn postume wonderen, die leidden tot zijn heiligverklaring in 1446. Het stuk vormde ooit onderdeel van een altaarstuk in de Santo Spirito-kerk in Florence, de stad waar Zanobio Macchiavelli voornamelijk werkte.