Alle aandacht wordt getrokken naar het grote centrale paneel. In een groen landschap speelt zich de hemelse liturgie af rond het Lam Gods, Jezus Christus. Centraal, op een kleine groene hoogte staat een altaar en op het altaar het Lam. Het Lam leeft maar het spuit bloed uit een wond in een kelk. De allusie is duidelijk: in elke eucharistie worden op het altaar de dood en de verrijzenis van Christus herdacht. Het geheel vormt dan ook een verwijzing naar het Laatste Avondmaal, waarin Jezus zelf de wijn beschreef als Zijn bloed, voor alle mensen vergoten tot vergeving van de zonden.