Dit paneel dateert uit de 17de eeuw, maar gaat terug op Pieter Bruegel de Oude (gestorven in 1569). Diens naam staat vermeld op een prent met dezelfde compositie van Pieter van der Heyden. Het iconografische detail dat we hier uitlichten vanuit financieel oogpunt, dateert dus eigenlijk uit de 16de eeuw. Op de achtergrond zien we hoe bruiloftsgasten geld deponeren in een tinnen schotel voor de bruid. Zij is als zodanig herkenbaar omdat zij, in tegenstelling tot de rest van het vrouwelijke gezelschap, de haren los en onbedekt draagt: de bruiloft is de enige dag dat dit soort haardracht in het publiek mag voor een volwassen vrouw (men vergelijke met de hoofddoek in de islam). De geldgift aan de bruid past volkomen in een patriarchale maatschappij waarin de familie van de bruid in geval van huwelijk moest zorgen voor een bruidsschat. (naar Joost Vander Auwera, in 'Kunst en Financiën in Europa')