In al deze straatscènes klinkt muziek. Drie prenten tonen een draailierspeler die, vergezeld door familie of gevolgd door een drom kinderen, langs de deuren gaat voor een deun en een aalmoes. Deze muzikanten waren vaak blind en hadden daarom een geleidehondje bij zich, zoals linksboven te zien is. Daar straalt ook het kind in de deuropening van verrukking.