Saters – half mens, half bok – leefden volgens de Griekse mythologie in bossen en bergen. In de literatuur van de 17de eeuw hoorde een sater bij het gedroomde land Arcadië, waar men zorgeloos kon leven. Deze sater is voorgesteld als herder van geiten en schapen. Hier onderbreekt hij zijn fluitspel om lachend naar de toeschouwer te kijken.