Zeepokken lijken op schelpjes, maar in werkelijkheid zijn het schaaldieren, net als krabben en garnalen. Vaak hechten ze zich vast op rotsen in de getijdenzone (gebied dat bij vloed onder water staat en bij eb droog valt). Ze groeien ook op scheepsrompen en sommige walvissen. Boven water leven ze teruggetrokken in hun omhulsel, dat bestaat uit kalkplaatjes. Onder water openen ze de bovenste kalkplaatjes en steken ze hun rankpoten naar buiten. Daarmee wervelen ze water en planktondeeltjes, hun voedsel, naar zich toe.