Na een beleg van viereneenhalve maand geeft Den Bosch zich op 14 september 1629 over aan Frederik Hendrik. De Spaanse troepen verlaten de stad, Den Bosch komt bij de Republiek. De stad was door een 45 kilometer lange linie volledig omsingeld. Moerassen zijn drooggelegd, loopgraven gegraven, dijken opgeworpen en schansen beheersen de toegangswegen. De omvang van deze onderneming, betaald uit de opbrengsten van de zilvervloot, is op deze triomfkaart vastgelegd.