Hendrik Casimir II streed onder zijn neef, Willem III van Oranje, als officier in het leger van de Republiek. Ze konden het niet altijd even goed met elkaar vinden: in 1674 liep Hendrik Casimir zelfs over naar de Franse vijand, om in 1688 weer terug te keren. In het jaar dat dit portret werd gemaakt, hoopte hij tevergeefs op een bevordering tot ‘eerste veldmaarschalk’.