Wat een kleurrijke aap is deze mannetjes mandril, met die rode neus, blauwe wangen en gele baard! Hij ziet er woest uit, maar het is een schuw dier. De felle kleuren komen in het donkere oerwoud waarin deze apen leven goed van pas om met elkaar en eventuele vijanden te communiceren. Daarnaast maken ze knorgeluiden. Wist je dat het reliëf van de neus terug te zien is in de schedel?
Mandrillen leven in groepjes van ongeveer 20 dieren, die zich soms aaneensluiten tot troepen van meer dan 200. Door de vernietiging van het oerwoud en de jacht zijn de mandrils sterk in aantal achteruit gegaan.
Deze aap komt uit het kabinet van Coenraad Jacob Temminck (1778 - 1858). Hij was de oprichter en eerste directeur van het Rijksmuseum van Natuurlijke Historie in Leiden.