Dit schilderij is een ode aan de kuisheid. In een afgesloten tuin, een symbool voor de maagdelijkheid, zit Maria tussen vier andere maagden (‘virgo inter virgines’). De heilige vrouwen zijn herkenbaar aan hun attributen, die als halssieraden zijn geschilderd. Het zijn Catharina met rad en zwaard, Cecilia met een orgel, Barbara met een toren en Ursula met een hart en een pijl.