Weerstandsmeter

De meetbrug van Thomson is gebruikt om erachter te komen hoe groot een onbekende elektrische weerstand is. Het bijzondere aan dit apparaat is dat het weerstanden kleiner dan 0,1 ohm kan meten. Het is dan ook een verbetering van de voorloper, de brug van Wheatstone, die dit nog niet kon. De meetbrug van Thomson is uitgevonden door William Thomson, die geridderd is tot Lord Kelvin.
Het apparaat werkt als volgt. De brugschakeling heeft vier voorafgaand aan de meting in te stellen weerstanden van tussen de 10 en 1500 Ohm. Dit instellen gebeurt door de bedrading aan de bovenkant anders aan te sluiten en de messing pluggen te plaatsen of weg te nemen.Aan de zijkant zit een hendel die werkt als een schuifweerstand, waarmee een andere zeer kleine weerstand van tussen de 0,01 en 0,001 ohm ingesteld kan worden. De grootte wordt afgelezen op een schaalverdeling boven op het apparaat. De weerstand waarvan de grootte bepaald moet worden wordt aan de klemmen aan de rand van de grondplaat aangesloten. Er is nu een schakeling van zes weerstanden: de onbekende, vier vaste en één schuifweerstand. Tot slot worden ook nog een voltmeter en een spanningsbron aangesloten. Door de schuifweerstand te veranderen, verandert de uitslag van de voltmeter. Als deze op nul staat, kan de waarde van de onbekende weerstand worden afgeleid uit de waarde van de schuifweerstand en de vier vaste weerstanden.