In deze derde Verkondiging aan de herders gaat het er aanzienlijk kalmer aan toe dan in de twee eerdere versies. De engel neemt een veel minder prominente plaats in. De staande herder heft zijn armen op van schrik en verbazing, maar maakt geen aanstalten om te vluchten. De dieren lijken het allemaal niet te merken: de schapen slapen vredig, de koeien zijn onverstoord.