De Belg Philippe Dautzenberg (1849-1935), een amateur-conchylioloog (schelpenkenner), bestudeerde en verzamelde weekdieren en hun schelpen. Hij bracht circa 8000 gespecialiseerde werken bijeen, maar bovendien 4,5 miljoen exemplaren die hij gekocht of met andere liefhebbers geruild had. In 1929 schonk hij zijn collectie aan het Museum, dat nu de derde grootste schelpenverzameling in de wereld bezit. Enkele boeken, platen en specimens uit die omvangrijke collectie prijken nu in de twee speciaal aan hem gewijde vitrines.